Ephemera (of: efemera) zijn “alledaagse zaken vervaardigd voor een bepaald, beperkt gebruik, meestal bedoeld om daarna te worden weggegooid; met name eenmalig drukwerk.” (Bron: Ensie) Dat is een interessante categorie papier om te verzamelen, omdat na verloop van tijd de meeste exemplaren inderdaad zijn weggegooid of anderszins verdwenen.

Dat laatste heeft er ook mee te maken dat het veelal kwetsbare drukwerken betreft: folders, losse kaartjes, vouwbladen, geniete katernen, dunne boekjes. Dingen die in winkels liggen, vaak op de toonbank om gratis mee te nemen, of die je in boeken vindt, ingesloten door uitgevers, boekhandels of vorige lezers.

Waar laat je dit soort objecten in je verzameling? In je boekenkast gaan ze verloren in de grote massa en vallen ze niet op. Bovendien raken ze er makkelijk beklemd en beschadigd. Om ze iets beter te beschermen stopt men ze wel in mappen en/of dozen. Ik gebruik deze voor alle “kleine en dunne boekies”, ook als ze niet strikt onder de definitie van ephemera vallen – de geringe omvang en kwetsbaarheid vormen het criterium voor opname in deze archiefdozen.

Hieronder een kleine selectie uit de dozen van de Bibliotheca Habetsiana. In een eerdere aflevering heb ik al eens de moderne folders van luxe klassiekerreeksen laten zien.

Boekjes over boekjes

Heel aardig zijn altijd boeken over boeken: drukkers, uitgevers, typografie, het boekbedrijf of (institutionele) collecties, etc. In een andere eerdere aflevering heb ik daar uitgebreid aandacht aan besteed. Daarbij zijn onderstaande “dunne boekjes” nog niet aan de orde geweest.

Kruitwagen O.F.M., B. (red.), Erasmus en zijn drukkers-uitgevers. Een fragment uit hun briefwisseling. Lettergieterij Amsterdam voorheen N. Tetterode, Amsterdam, 1923, 23p.

“De Erasmus-Mediaeval, onze nieuwe boek- en fantasieletter ontworpen door S.H. de Roos vindt in dit boekje haar eerste toepassing als boekletter. Zij wordt door ons gesneden in twaalf corpsen met daarbij passende cursief.”

Kuiper, Gerdien C. [tekst & vertaling], Musarum Pater. Een portret van Christoffel Plantijn. Vertaald uit het Latijn door Gerdien C. Kuiper, Ammoniet, Leiden, 1989, 8p. – [ASBN; 18]. – Gezet uit de Hollandse Mediaeval en gedrukt op Oud Hollands Circulaires ‘Haesbeek’, met portretafbeelding van Plantijn.
Een fijn cadeautje van @Perkamentus.

Reehorst, J.; e.a., De letter of de waardering voor het boek. Toespraken gehouden bij de uitreiking van de vijfde Laurens Janszoon Costerprijs 3 juni 1983. Haarlem Boekenstad / Laurens Jansz. Costerprijs, Haarlem, 1983, 35p. – Naar aanwijzingen van Huib van Krimpen gezet uit de Quadritek 1200 Baskerville door Studio Greenfield te Haarlem. Oplage: 800 exemplaren, waarvan 400 zijn bestemd voor de contribuanten van de Stichting Drukwerk in de Marge.

S.N., De uitvinding der boekendruk. Een korte geschiedenis omtrent de uitvinding der boekendruk en haar verbreiding. Drukkerij Visser, Huizen, 1957, 15p. – “Gezet uit de 11 punts Linotype Baskerville. Niet in de handel, doch uitsluitend bestemd voor de relaties en vrienden van Drukkerij Visser, ter gelegenheid van de jaarwisseling 1957-1958.”

Koenen, Liesbeth & Smits, Rik, Peptalk in het boekenbedrijf. Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam, 1992, 48p. – Dit is echt een heel klein boekje: 75 x 140 x 4 mm (bxhxd). Een los inlegvelletje geeft in ironisch ronkend Neder-Engels aan waarvoor het boekje bedoeld is:

“Met dit collector’s item wensen editors, managers, promotion consultants en al die anderen uit ons team u een happy new year vol awards, bestsellers, reprints, royalties en andere voorspoed. See you in 1993!”

British Museum, Royal English Bookbindings in the British Museum. Trustees of the British Museum, London, 1957, 8+[16]p.

British Museum, The Old Royal Library. Trustees of the British Museum, London, 1957, 12+[12]p.

Taalkundige curiosa

Blok, H., Esperanto zakwoordenboekje. Inhoudende de verkorte grammatica van het Esperanto met ruim 1800 woorden Esperanto-Nederlandsch, gebruikt wordende in het dagelijksch verkeer. H.J. Demeersseman, Amsterdam, 1923, 20p. – 80 x 120 mm.

“Indien U wenscht te correspondeeren met personen van verschillende natiën, wier taal U niet kent, hetzij voor den handel, wetenschap, ter informatie of amusement, dan kunt U dat gemakkelijk door middel van de Wereldtaal Esperanto doen.”

Bezemer, T.J., Javaansch-Hollandsche en Holl.-Javaansche woordenlijst. W.E.J. Tjeenk Willink, Zwolle, 1912, 91p.
Een vorige eigenaar/gebruiker heeft op en in het boekje rekensommen gemaakt, wat het karakter van gebruiks- en wegwerpartikel lijkt te onderstrepen. Het draadje dat de katernen bij elkaar moet houden, zit los – het lot van het boekje hangt daarmee aan een “zijden draadje”.

Lee, W.R. & Barron, A.W.J., Phonetics Charts. Handset: Charts 1-5. Oxford University Press, Oxford, 1964. 1e druk – paperback, 5p. – Drie losse kaartjes met daarop in totaal vijf schematische weergaven van het fonetische systeem voor het Engels, in envelop.

Staerk, D.W., Der Mišnatraktat Berakhoth in vokalisiertem Text. Mit sprachlichen und sachlichen Bemerkungen. A. Marcus und E. Weber’s Verlag, Bonn, 1910. 1e druk – paperback, 18p. – Eigenlijk behorend tot de theologie, maar vanwege de taalkundige focus toch in de doos taalkunde terechtgekomen. Met tekst in het Hebreeuws.

Taal- en letterkunde – lezingen & oraties

Door de jaren heen komen er ook heel wat lezingen en oraties, meestal uitgegeven als geniet katern of boekje, in de Bibliotheca Habetsiana. Kees Fens, mijn grote leermeester, mag natuurlijk niet ontbreken, maar ook een aantal spraakmakende andere oraties en lezingen niet zoals die van b.v. Ton Anbeek en Karel van het Reve.

Fens, Kees, Na vijfenzestig jaar. De opleiding tot autodidact. Vossiuspers UvA, Amsterdam, 2002, 16p. – [Kohnstamm Lezing].

Fens, Kees, Het nieuwe licht en de oude tijd. Over enkele gedichten van P.C. Hooft. Stichting P.C. Hooft-prijs / Em. Querido, Amsterdam, 1990, 29p.

Anbeek van der Meijden, A.G.H. [= Ton Anbeek], In puinhopen voel ik mij prettig, ergens anders hoor ik niet thuis. Over de wederopbouw van de Nederlandse literatuurgeschiedschrijving. De Arbeiderspers / Wetenschappelijke Uitgeverij, Amsterdam, 1982, 23p. – Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van gewoon hoogleraar in de moderne Nederlandse letterkunde aan de Rijksuniversiteit van Leiden op vrijdag 15 oktober 1982.

Reve, Karel van het, Literatuurwetenschap: het raadsel der onleesbaarheid. Het Wereldvenster, Baarn, 1979, 28p. – [Johan Huizinga-lezing; 1978].

Toorn, M.C. van den, De Tweede Wereldoorlog en het Nederlands van nu. Afscheidscollege bij het aftreden als gewoon hoogleraar in de Nederlandse taalkunde aan de KUN. KUN, Nijmegen, 1992, 20p.

Quirk, Randolph, The Study of the Mother-Tongue. An Inaugural Lecture delivered at University College London. H.K. Lewis & Co, London, 1961, 24p.

Storms, Godfrid, The Origin and the Functions of the Definite Article in English. Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van gewoon hoogleraar in de Engelse taalkunde aan de R.K. Universiteit te Nijmegen op vrijdag 5 mei 1961. J.M. Meulenhoff, Amsterdam, 1961, 28p.

Uitgeverskaartjes

Uitgevers slijten graag hun boeken aan een zo groot mogelijk publiek. Daarom zijn ze altijd al erg geïnteresseerd geweest in de interesses van de kopers van hun boeken, want dan kunnen reclame veel gerichter naar je sturen. Dat is effectiever en vaak ook goedkoper.

Tegenwoordig krijg je als consument dan een e-mail of een vraag op de website of in de app om je voorkeuren aan te geven, t.b.v. hun direct marketing. Bij grote online verkopers bepaalt een algoritme wat jou interesseert, op basis van je surfgedrag (waar kijk je naar, wat bestel je): “andere kopers van dit boek zijn ook geïnteresseerd in”.

In het pre-digitale tijdperk moest de uitgever maar hopen dat lezers/kopers zo bereidwillig waren om hun interesses op een kaartje in te vullen en, vaak nog zelf te frankeren ook, te versturen met de post. Daarom zaten (en zitten) ze te pas en te onpas ingesloten in de boeken die je koopt. Hieronder een aantal voorbeelden van dit soort kaartjes.

Reclamemateriaal uitgeverijen 1900-1940

Reclamemateriaal van uitgeverijen kan heel mooi drukwerk zijn, zeker als de uitgeverij een zekere traditie heeft qua boekverzorging en typografie, zoals Boosten & Stols.

Tijdschriften 1900-1940

Intekenbiljet Critisch Bulletin, jaren 1930

Prospectus Groot Nederland, 1936.

Oude facturen

Ook leuk om te vinden, in het kader van provenance: oude facturen, vaak handgeschreven, op naam. Zeker leuk als het gaat om vergane glorie uit eigen stad, boekhandels die niet meer bestaan, zoals Boekhandel Veldeke uit Maastricht. Hieronder een factuur uit 1949.