Beter zou het zijn om te schrijven: Roomsche, aangezien het gaat om de periode tussen globaal 1860 en 1960. De periode van kinderrijke gezinnen, regelmatig kerkbezoek, uitbundige vieringen op feestdagen, een eigen Katholieke Radio Omroep (KRO) en een eigen Katholieke Universiteit in Nijmegen.

We hebben het vooral over de periode tussen de twee wereldoorlogen, het interbellum, waarin de verzuiling een belangrijke rol speelde. Nederland bestond uit de katholieke, de protestantse, de socialistische en de “algemene” zuil. Men onderhield binnen elke zuil eigen rituelen, ging naar de eigen kerk of gemeenschapsviering, voetbalde bij een katholieke of protestantse club en stemde meestal trouw op dezelfde partij. Voor de katholieken was dat toen nog de Roomsch-Katholieke Staatspartij (RKSP, later KVP).
Lees verder