Of ik interesse had in Busken Huet. Vaak kom je op Twitter interessante en leuke mensen tegen en soms leidt dat tot zo’n nieuwsgierig makende vraag. Bovendien was ik al te lang niet meer in Amsterdam geweest, waar toch meer interessante boeken te koop worden aangeboden dan in mijn eigen woonplaats.

Via Twitter dus, vroeg Marijke Barend-van Haeften, literatuurhistorica – voorheen werkend aan de Universiteit van Amsterdam, mij in april dit jaar of ik interesse had in een set van Busken Huet.

Bij de naam van deze schrijver zal menigeen fronsen: als men hem al kent, dan rijst meestal het beeld op van een deftige, ouderwetse meneer uit de 19e eeuw. Busken Huet heeft altijd een beetje de pech gehad dat zijn tijdgenoot Multatuli nog zoveel levendiger schreef. Bij wedstrijdjes “wie is de grootste” legt Huet het meestal af. Hij heeft overigens een paar reputaties van (oude) dichters, zoals “Vadertje Cats”, zeer welsprekend om zeep geholpen.

Een aanrechtvullende reeks boeken, de blauwe deeltjes zijn de Verzamelde Werken van Conrad Busken Huet.

Busken Huet heeft een indrukwekkend oeuvre nagelaten van alleen al 25 delen “Litterarische Fantasien en Kritieken”. Daarnaast publiceerde hij o.a. een studie over de cultuurgeschiedenis van Nederland, Het land van Rembrandt (dat je volgens Kees Fens toch echt moest lezen als letterenstudent), een aantal (iets minder geslaagde) romans of aanzetten tot, en een reeks “reisherinneringen” o.a. over Italië.

Ik vond het erg attent dat, terwijl zij mij niet kende, mij spontaan zo’n stapel boeken werd aangeboden, in ruil voor “een goede fles wijn of een mooie bos bloemen”. Ze vermeldde er nog bij dat ze ook nog wel wat andere boeken had die ze erbij wilde geven, zoals enkele literatuurgeschiedenissen en een uitgave van Bredero.

Dus ja, daar had ik wel oren naar. We spraken af dat ik ze een keer zou komen ophalen – dat is een een stuk persoonlijker dan versturen. Door een combinatie van werk, gezin, vakantieperiode en het feit dat Amsterdam / Amstelveen bepaald niet naast de deur ligt, heb ik het geduld van de gulle gever behoorlijk op de proef gesteld, maar na mijn vakantie kwamen we toch tot een concrete datum, namelijk 16 augustus. Voor de zekerheid neem ik deze keer de auto i.p.v. de trein (ik zag het gesjouw al voor me) en rijd ik, over een rustige A2 in nog geen 2 uur naar Amstelveen.

Omdat Maastricht-Amsterdam toch ongeveer 200 kilometer is, heb ik besloten een en ander te combineren: vrijdag is altijd mijn extra vrije dag (zonder verplichtingen naar werk of gezin), vrijdag is boekenmarkt op het Spui, een van mijn beste vrienden woont in Amsterdam, en boekenvriend Perkamentus, met wie ik al jaren via Twitter over boeken praat, is wellicht ook op het Spui te vinden. Beiden blijken gelukkig tijd te kunnen en willen maken.

Bij de fam. Barend-van Haeften word ik gastvrij ontvangen en mag ik snuffelen in een aantal van de boekenkasten. In het kader van opruimen en afslanken van de eigen privé-bibliotheek wordt mij allerlei meegegeven: de volledige (naar blijkt: 40-delige!) set van de Verzamelde Werken van Busken Huet, de volledige Kalff en Knuvelder (beroemde literatuurgeschiedenissen uit resp. 1906-1912 en de jaren ‘70), en nog een stapel letterkundige en cultuurwetenschappelijke studies.

Ik ben helemaal in mijn nopjes, maar voel mij ook een beetje ongemakkelijk zo ongegeneerd in andermans kast te mogen grasduinen en mee te nemen wat van mijn gading is. Ik krijg nog net geen carte blanche, maar je wordt argwanend ten opzichte van je eigen boekenbegeerte. Overigens doet de gastvrouw er alles aan om mij op mijn gemak te doen voelen. Het resultaat is dat mijn auto wordt volgeladen met een koffertje en enkele goedgevulde shopperbags vol boeken. Normaal gesproken al meer dan voldoende om vervolgens naar huis te gaan en je in je bibliotheek op te sluiten.

De nog zo frisse bandjes uit 1862-1866 doen vermoeden dat het werk van de (door de Tachtigers zo versmade) domineesdichter nauwelijks gelezen is. Een groot deel van de pagina’s in alle deeltjes is nog niet opengesneden.

Maar er blijkt nog een verrassing. Een vriend van de familie, T.G., wil ook afstand doen van een deel van zijn collectie en was al ingeseind. Hij is ook naar het huis gekomen en heeft als proeve enige boeken meegenomen. Ook hier is mijn interesse gewekt, en dus rijd ik achter T. aan naar zijn woning, niet ver ervandaan. Daar valt mij een hele collectie 19e-eeuwse schrijvers en dichters in de schoot.  “Ik heb zowat de hele Kinkerbuurt”, zegt de eigenaar met een glimlach. In de collectie zit o.a. Willem Bilderdijk, P.A. de Génestet, J.J.L. ten Kate, C. van Nievelt, Nicolaas Beets, Jan Frederik Helmers, H. Tollens, J.J. Cremer, Jacob van Lennep, A.L.G. Toussaint (nog niet Bosboom).

Daarnaast krijg ik nog enkele literatuurgeschiedenissen mee, waaronder een oudere druk van Knuvelder (1964, de groene delen), de 1-delige Prinsen (1916), de 1-delige Walch (1943), en een bijna complete 1e druk van Ontwikkelingsgang van Te Winkel (1908-1918, alleen het 5e deel, “Bronnen en registers” ontbreekt). Deze laatste set (4 delen in 5 banden) is mooi opnieuw ingebonden in een uniforme band. Voor een kleine vergoeding mag ik het allemaal mee naar huis nemen. Nog meer boodschappentassen met boeken in het autootje. Het past. Net.

J. te Winkel, J.L. Walch en J. Prinsen
De oude en de nieuwere Knuvelder
A.L.G. Toussaint, J.F. Helmers en W. Bilderdijk

Vanuit Amstelveen zet ik mijn tocht (“geen kroegentocht, maar boekentocht”) voort naar Amsterdam-West, waar mijn goede vriend R. woont. Van daaruit nemen we samen de tram naar het centrum van Amsterdam. Natuurlijk ben ik erg nieuwsgierig naar de weer aanwezige Slegte in de stad, ooit een van de boekenparadijzen aan de Kalverstraat, nu heropend aan de Vijzelstraat. Qua hoeveelheid en bijzondere boeken is deze opnieuw geopende winkel natuurlijk nog geen schaduw van wat het ooit was. De wonden in het boekenlandschap door het avontuur met Selexyz-Polare, gecombineerd met de algemene verschuiving naar het internetantiquariaat, maken dat dit nooit meer wordt zoals het was.

Ik heb er niks gekocht, er staan een heel aantal interessant boeken, maar niet iets dat nu speciaal naar mij roept: “Ik wil met je mee.” Bovendien vind ik de prijzen toch wel aan de stevige kant, maar dat zal wel te maken hebben met het feit dat ze een winkel met personeel moeten kunnen bekostigen. We zijn inmiddels zó gewend aan lagere prijzen door het aanbod (en de vergelijkingsmogelijkheden) op internet en de gunstige toevalstreffers bij kringloopwinkels overal in het land.

De Gezamenlijke dichtwerken van H. Tollens

Het volgende station is natuurlijk het Spui, waar ik in het verleden vaak leuke aankopen heb kunnen doen, waaronder delen uit de mij zo geliefde klassiekerreeksen als Ambo Klassiek en Baskerville Serie. Inmiddels heeft ook Perkamentus, die ik vantevoren had ingelicht, zich bij ons gevoegd. Hij heeft ook nog een cadeautje bij zich en – mij al enige jaren kennende via Twitter – helemaal raak geschoten met het boek Met Dante door Italië, van de bekende Dante-vertaler wijlen Frans van Dooren.

Met zijn drieën struinen we alle kramen op het Spui af. Maar ook hier, ondanks enkele “wel aardige boeken”, heb ik uiteindelijk niks gekocht! Ook het bezoek aan de tweedehands afdeling van Scheltema en aan antiquariaat Kok levert mij niet de gebruikelijke prikkel op om iets te kopen. Wat is er met mij aan de hand? Ben ik ziek? Of is de begeerte geluwd door de wetenschap dat er een autootje vol boeken op mij staat te wachten in West?

Inmiddels meldt de inwendige mens zich en ik heb het geduld van mijn vrienden ook wel op de proef gesteld, met dat eindeloze slenteren langs boeken op verschillende plaatsen in de stad. De Waag, op de Nieuwmarkt, blijkt een uitstekende plek om onze dorst te lessen. Het is er niet te druk. Daar komen dan nog mooie en sterke verhalen naar boven. Rond 19:00 uur zit ik weer in de auto, vol boeken, richting Maastricht.

Het was een mooie dag. Een dag uit het leven van een provinciaal in de grote stad (?). Een dag met boeken. Met vrienden. Met boekenvrienden. Met verwachte en onverwachte ontmoetingen. Een dag met gulle gevers, die ik op deze plek graag nogmaals bedank.

Een hele verzameling, zelfs bij breedbeeld passen ze niet allemaal naast elkaar op de foto.

Nu volgt de volgende uitdaging: het onderbrengen van de boeken in mijn kasten, die ogenschijnlijk al overvol zijn. Ik denk dat de twee planken jeugdliteratuur moeten schuiven (maar waar dan naar toe?) en dat ik in een van de kasten er nog een plank tussen kan zetten door de boeken iets anders te verdelen. Sortering is alles! Men is creatief geworden in de loop der jaren. Geen ruimte is voor mij geen excuus, ik maak ruimte. We gaan zien… Het mooie deel van het werk is begonnen: betasten, openslaan, inventariseren, grasduinen, soms wat langer in een boek blijven hangen. Het genoegen van de bibliofiel in hart en nieren.