Duisternis of praal?

Ik ken de (korte) gedichten van P.C. Hooft vrij goed, meen ik. Met name een aantal van zijn sonnetten zijn me erg dierbaar. Onlangs kocht ik een oude druk, uit 1671, van Hoofts Werken. Terwijl ik bladerde naar een van zijn bekendste sonnetten, Wanneer de vorst des lichts, op deze site eerder hier en hier besproken, stokte even mijn adem: dit gedicht ging toch anders?

Verschillende woorden zijn anders, moderner gespeld: uit der zee (i.p.v. wter zee), aanzienlijk (i.p.v. “aensienlijck”), etc. Maar ik werd vooral getroffen door breedtgespraaide pruik, dat ik me herinnerde als uytgespreide pruick (of iets in die trant), én de twee eerste regels van het sextet die drastisch anders zijn en een ander eindrijm hebben (praal-maal). Hoe zit dat?

Lees verder

Hooft in de Hanzestad

“Ga je mee, een dagje naar Zwolle?” Mijn vrouw was natuurlijk allang op de hoogte van wat ik daar ging doen, u zult het ook wel raden. Iets met een boek, of boeken. Ja, ze wilde wel mee, al was het maar om te zien waarvoor ik nu zo dringend 3 uur heen en 3 uur terug wilde gaan reizen. Het was inderdaad voor een boek, een boek van respectabele leeftijd, van een door mij geliefd Nederlands dichter: P.C. Hooft.

Wat was het geval? Ruim anderhalve week geleden bezocht ik, samen met boekenvrienden Robert Kemper Alferink en Paul Abels de boekenbeurs in de Bergkerk te Deventer. Daar stond ook Rob de Bree, van antiquariaat De Zilveren Eeuw, met mooie boeken, waaronder enkele 17e-eeuwse uitgaven van P.C. Hooft. Speciaal de editie (verzamelde) Werken uit 1671, met de 30 emblemata, sprak mij direct aan.

Lees verder