Wie herkent het niet, de schaamte bepaalde klassiekers uit de (westerse) literatuur (nog) niet gelezen te hebben? Hoeveel mensen hebben nu daadwerkelijk de Ilias & Odysseia van Homeros van kaft tot kaft gelezen, of Ulysses van James Joyce, Der Zauberberg van Thomas Mann, Oorlog en vrede van Tolstoj of zelfs maar De boeken der kleine zielen van Couperus?

Toch beweren mensen vaak dat ze de betreffende klassieker aan het herlezen zijn, waarmee ze de suggestie (proberen te) wekken dat ze het betreffende boek vanzelfsprekend al een keer gelezen hebben.

In Waarom zou je de klassieken lezen? merkt de Italiaanse romanschrijver en essayist Italo Calvino hierover op:

“Dit gebeurt tenminste onder mensen van wie wordt verondersteld dat ze ‘belezen’ zijn; […] Het iteratieve voorvoegsel bij het werkwoord ‘lezen’ kan duiden op een lichte hypocrisie van mensen die niet durven toegeven dat ze een beroemd boek niet hebben gelezen.”

Dat is waarschijnlijk voor veel mensen herkenbaar. Zeker als je een letterenstudie hebt afgerond, kun je er toch eigenlijk niet voor uitkomen dat je dat en dat boek niet hebt gelezen. Je kunt daar maar op één manier wat aan doen, en dat is lezen. Lees die beroemde boeken, al is het maar in vertaling. Uiteindelijk blijven er echter altijd meer boeken over, meer belangrijke boeken zelfs, die je niet hebt gelezen. Of je ooit aan alle belangrijke boeken toekomt?

Het originele en wat provocerende uitgangspunt van een boekje, sinds enkele weken in de ramsj, is dat je helemaal niet al die boeken zou moeten lezen, sterker nog: dat het in veel situaties onwenselijk is om een boek te lezen als je erover wilt meepraten. In een uiterst geestig en prikkelend essay, onder de titel Hoe te praten over boeken die je niet hebt gelezen, zet Pierre Bayard uiteen dat het taboe op niet-lezen maar eens eindelijk doorbroken moet worden. Volgens Bayard houdt een boek namelijk op onbekend te zijn “zodra het ons waarnemingsveld binnendringt.”

Aan de hand van verschillende literaire voorbeelden, die paradoxaal genoeg de indruk wekken dat Bayard zelf wel heel veel gelezen heeft, laat hij zien dat er diverse vormen van lezen zijn. Het actieve niet-lezen is bijvoorbeeld iets anders is dan een boek doodeenvoudig niet lezen. Over boeken kun je heel goed praten, ook al heb je ze niet, of niet van kaft tot kaft, gelezen. Om het provocatieve karakter van dit essay te benadrukken, heeft de uitgever van de Nederlandse vertaling een motto van Oscar Wilde op het omslag afgedrukt: “Ik lees  nooit een boek dat ik moet recenseren, je laat je zo gauw beïnvloeden.” Om tot een goed waardeoordeel over een boek te komen, kun je een boek dus beter niet lezen.

bayard citaatAls ondersteuning wordt onder andere Paul Valery aangehaald, die uitgebreid het werk van landgenoten als Sainte-Beuve en Marcel Proust heeft besproken, maar er duidelijk blijk van geeft het werk niet gelezen te hebben. Alles wat je via anderen te weten krijgt over het werk van Proust, hoe belangrijk elk detail voor het geheel aan sensaties is, dat kun je ook op elke willekeurige bladzijde die je openslaat bij Proust bevestigd zien.

Aan de hand van De naam van de roos van Umberto Eco laat Bayard zien dat je zelfs over boeken kunt spreken die je nog nooit in handen hebt gehad, waarvan je de inhoud in het geheel niet kunt kennen. In De naam van de roos wordt gezinspeeld op een onbekend werk van Aristoteles over de lach (een verondersteld tweede deel van diens Poetica, over de komedie). Dat wordt als een gevaarlijk boek beschouwd, en het manuscript wordt uiteindelijk vernietigd bij een abdijbrand. Geen enkele (over)levende heeft het boek gelezen.

Een belangrijke notie die ten grondslag ligt aan het betoog van Bayart, is het idee dat lezen, en zeker te veel lezen, wel eens zou kunnen leiden tot verlamming van degene die door al die hoogwaardige literatuur geïmponeerd raakt en die daardoor zelf niet meer aan schrijven zal toekomen. Aan elk boek dat Bayard aanhaalt of waarnaar hij verwijst, kent hij een code toe: “onbekend boek”, “doorgebladerd boek”, “genoemd boek” en “vergeten boek”. Zo lijkt het er uiteindelijk op dat de auteur geen enkel boek integraal heeft gelezen. Dit roept zijn eigen paradoxen op: om kennis te nemen van de prikkelende stellingen en tips “hoe je te gedragen” zou je eigenlijk het hele boek van Bayard goed moeten lezen, maar tegelijkertijd handel je het meest in de geest van Bayard door zijn boek niet te lezen, maar dan kun je weer geen kennis nemen van zijn tegendraadse ideeën.

Besproken boeken

Pierre BayardHoe te praten over boeken die je niet hebt gelezen. De Geus, Breda, 2008. Vertaald uit het Frans door Jan Versteeg.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *