Soms loopt men verveeld een winkel binnen, zonder enige verwachting, en dan blijkt er plotseling een verrassing te schuilen. Een combinatie van geluk, nieuwsgierigheid en neus voor ‘afwijkingen’ zorgt voor een bijzondere vondst. Zo vonden wij recentelijk wel iets heel speciaals op een bijzondere plek, waar je zoiets niet verwacht.

Het werk van de – ooit ‘Prins der dichters’ genoemde – Adriaan Roland Holst (1888-1876), ‘Jany’ voor intimi, erkend womanizer, lijkt verder en verder weg te zakken in de vergetelheid. Het is de verdienste van o.a. Jan van der Vegt om nog af en toe, via een biografie of heruitgave van de gedichten aandacht te vragen voor leven en werk van deze boeiende persoonlijkheid, die toch wel een zeer eigenzinnig werk heeft voortgebracht. Waarschijnlijk missen wij als Nederlanders het orgaan voor dit soort orakelende poëzie vol heftige emoties, gedragen taal en voorwereldse motieven.

Desondanks heb ik in mijn studententijd, en nog daarna, met veel plezier dit dichtwerk gelezen, met name de vooroorlogse bundels, zoals Voorbij de wegen (1920), De wilde kim (1925), en Een winter aan zee (1937). De referentie aan Keltische motieven, de verwantschap met de dichter William Butler Yeats, de eenzaamheid van de zee: het was gefundenes Fressen voor de neerlandicus en dichter als jongeman. Maar ook ik lees niet meer elke maand een gedicht van Roland Holst.

Eigenlijk tegen de geest van onze tijd in verscheen in 2004 een nieuwe uitgave van Roland Holsts gedichten, in één dik deel, samengesteld door Jan van der Vegt. Dat is destijds langs mij gegaan, en ik was er ook niet naar op zoek, omdat ik de tweedelige uitgave van Van Oorschot uit 1981 al in bezit had en diverse losse bundels in contemporaine uitgaven, vaak 1e drukken (zie ook de lijst onderaan dit artikel – het aardige is dat een aantal uitgaven van zijn werk verschenen o.l.v. de Maastrichtse uitgever A.A.M. Stols).

Niet ver van ons huis, in een Belgisch grensplaatsje, bevindt zich een kleine kringloopwinkel. Ik ben er al verschillende keren binnengelopen, maar steeds minder frequent, aangezien ze weinig hebben, zeker niet naar onze smaak, en nog minder boeken die ook maar in de verste verte relevant zouden kunnen zijn. Nietsvermoedend, en meer verveeld dan gemotiveerd, liepen wij zaterdag 7 juni de winkel nog maar weer eens binnen.

Bij de boeken gekomen stuitte ik op de gebruikelijke chicklit en thrillers en de eeuwige set Van Dale Groot Woordenboek uit de jaren ’80 (niets waard, onverkoopbaar, maar desondanks stevig geprijsd). Maar plots zag ik ook bovengenoemde uitgave van de Gedichten 1911-1976. Toch enigszins geïnteresseerd (oude liefde roest niet daadwerkelijk) nam ik het ter hand. Behalve een krantenknipsel uit 2004 n.a.v. deze uitgave zag ik tussen de bladen ook een envelopje. Toen ik de afzender zag, ging mijn hartje toch wat sneller kloppen: ‘Afz. A. Roland Holst, Bergen N.H.’ Zou het werkelijk? Er bleek inderdaad een briefje in te zitten, dat ik voorzichtig eruit nam en openvouwde.

Het blijkt een kort, enigszins verontschuldigend briefje te zijn van de grote dichter aan Ludo Nagelkerke (een kunstenaar / keramist uit Wassenaar).

Waarde Ludo Nagelkerke,
Met mijn berouw komen mijn brieven ook stelselmatig te laat, al zijn zij minstens even gemeend als uit berouw –
Ik wilde je toch even van harte danken voor wat je mij in januari schreef.
Met een zilte zeegroet,

A. Roland Holst,
Bergen N.H.
21.ii.60

Het poststempel vermeldt 22.II [romeinse 2].1960, dus de brief is na schrijven snel op de post gedaan en via het sorteercentrum in Alkmaar verstuurd naar de geadresseerde in Wassenaar.

U kunt zich mijn verraste blijdschap voorstellen, zeker toen, thuisgekomen, ik zag dat het handschrift daadwerkelijk overeenkomt met andere voorbeelden die online zijn te vinden. Ik had hier zomaar een leuk briefje van de grote dichter in handen! Museumwaardig bezit, zoals een van mijn volgers op BlueSky met enthousiasme reageerde.

Het grote raadsel is natuurlijk: hoe komt dit bijzondere briefje, weggestopt in een boek, in een winkel waar je dit nooit zou verwachten, en dan ook nog zo dicht (minder dan 1 km) bij het huis van een liefhebber, die het herkent en er zo blij mee is? Hoe is het briefje in dit boek terecht gekomen, in wiens bezit was het hiervoor, en mogelijk daarvoor? Waarom lag dat, als het ware, om gegrepen en misschien wel miskend te worden (je vindt zo vaak papiertjes en ‘rommel’ in boeken gestopt)? Waarom was ik daar precies op dat moment?

Werk van A. Roland Holst in de Bibliotheca Habetsiana

Roland Holst, A., Alleen met de zee. Een keuze uit de gedichten (keuze en naw. door Kees Fens). G.A. van Oorschot, Amsterdam, 1991. 2e druk – Paperback, 109p.

Roland Holst, A., Alleen met de zee. Een keuze uit de gedichten (keuze en naw. door Kees Fens). G.A. van Oorschot, Amsterdam, 1988. 1e druk – Paperback, 109p. – Gesigneerd door Kees Fens: ‘Aan Lou Ruiters, die alles al gelezen heeft, Kees Fens | 8/6-’88’.

Roland Holst, A., De afspraak. C.A.J. van Dishoeck, Bussum, 1926. 2e druk – Paperback, 79+[9]p. – De 1e druk verscheen bij Stols in 1925. De voorliggende uitgave vermeldt geen druknummer, maar het is dus de 2e.

Roland Holst, A., De belijdenis van de stilte. C.A.J. van Dishoeck, Bussum, 1916. 2e druk – Gebonden, 90p. – Bandversiering van W.F. Gouwe.

Roland Holst, A., De belijdenis van de stilte. C.A.J. van Dishoeck, Bussum, 1946. 4e druk – Gebonden, 33p.

Roland Holst, A., De dood van Cuchulainn van Murhevna. Stichting De Roos, Utrecht, 1951. 1e druk – Gebonden, 23p. – Gezet in De Roos Romein en De Roos Cursief. Erik Thorn Leeson graveerde in droge naald-techniek de illustraties. Typografie door Dick Dooijes. Genummerde oplage, dit is nr. 60/175.

Roland Holst, A., De wilde kim. C.A.J. van Dishoeck, Bussum, 1927. 2e druk – Paperback, 50p. – Gedrukt bij de N.V. v/h G.J. Thieme te Nijmegen. Omslag en titel geteekend door J. van Krimpen. Van den eersten druk van dit werk werden 25 genummerde en door den schrijver geteekende exemplaren gedrukt op geschept papier van Pannekoek.

Roland Holst, A., Een winter aan zee. A.A.M. Stols, Maastricht, 1937. 2e druk – Gebonden, 91p.

Roland Holst, A., Gedichten 1911-1976. Meulenhoff / Manteau, Amsterdam / Antwerpen, 2004. 1e druk – Gebonden, 983p. – Samengesteld, bezorgd en van een verantwoording voorzien door Jan van der Vegt.

Roland Holst, A., In ballingschap. De Groene Amsterdammer, Amsterdam, 1947. 1e druk – Geniet, 8p.

Roland Holst, A., Tusschen vuur en maan. A.A.M. Stols, ‘s-Gravenhage, 1946. 3e druk – Gebonden, 61p. – Met houtsneden van J. Buckland Wright. Gedrukt op Hollandsch Registerpapier, nummer 445 uit een oplage van 700 exemplaren.

Roland Holst, A., Verzameld Werk: Poëzie [2 delen in 2 banden]. G.A. van Oorschot, Amsterdam, 1981. 1e druk – Gebonden, 1375p.

Roland Holst, A., Voor West-Europa. C.A.J. van Dishoeck, Bussum, 1943. 1e druk – Paperback, [8]p. – ‘Dit gedicht werd illegaal gedrukt en gratis verspreid in 1943, door Van Dishoeck te Bussum’.

Roland Holst, A., Voorbij de wegen. C.A.J. van Dishoeck, Bussum, 1920. 1e druk – Paperback, 153p.

Roland Holst, A., Voorbij de wegen. C.A.J. van Dishoeck, Bussum, 1946. 4e druk – Gebonden, 110p. – Naar aanwijzingen van H. van Krimpen gezet uit de letter van Charles Nicolas Cochin.

Roland Holst, A., Woest en moe. In- en uitvallen naar aanleiding van een oude versregel. A.A.M. Stols, ‘s-Gravenhage, 1951. Gebonden. – Tekst van een lezing, gehouden voor de Civitas Academica te Amsterdam en voor de Literaire Faculteit te Utrecht.